Zoals in het vorige blog te lezen was, zet de landmeter een aantal punten uit. Maar een aantal dingen worden ook niet uitgezet, zoals de weg, de inrit en de sloot. Ik ben daarom een aantal palen gaan kopen, om die ’s middags te zagen tot piketpaaltjes. Aangezien ik helemaal niet handig ben, ben ik best trots dat het gelukt is. Henri wilde ook even proberen te zagen, maar het viel hem toch tegen hoe makkelijk dat was.
Albert moest ’s avonds natuurlijk ook even kijken bij de uitgezette kavel. We hadden een afzetlint gekregen van mijn schoonouders en dat hebben we tussen de paaltjes gespannen. Dan is ineens een stuk duidelijker hoe de kavelgrenzen precies lopen en lijkt het toch best groot.
We hebben ook direct de punten van de weg uitgezet, want die wordt woensdag aangelegd. Ik moest de palen erin slaan, want Albert is tijdelijk enigszins gehandicapt. Hij is afgelopen zaterdag over de kop gegaan op de fiets. Hij had de bakfiets voor onderhoud bij de fietsenmaker gebracht en bij de leenfiets die hij kreeg blokkeerde de rem. Daardoor heeft hij beide handen nu open liggen. We mochten een moker van buurman Marien lenen en daarmee gingen de palen er zo in. Henri volgde ons op de voet, terwijl Kerstine lekker aan het spelen was verderop.
Terwijl wij nog even de laatste paaltjes erin slaan, komt Kerstine er weer aan. Als we Kerstine vertellen dat dit onze tuin wordt, zegt ze “mag ik in de tuin spelen dan?” en stapt dan over het lint met haar zelfgemaakte stokpaard. Terwijl wij genieten van ons stukje grond spelen de kinderen nog even lekker.